“Ik denk dat je er goed aan doet om leerlingen verschillende soorten boeken aan te reiken. Wees niet bang voor een te hoog niveau.”
Anja van Schijndel
Lerarenopleider bij Fontys Opleidingscentrum Speciale Onderwijszorg
Zo werkt de vijfvingertest in het basisonderwijs: leerlingen slaan een boek open op een willekeurige plek en lezen een bladzijde. Ze tellen op hun vingers hoeveel woorden ze moeilijk vinden. Bij vijf of meer vingers is het boek te moeilijk, bij twee of drie vingers is het niveau precies goed. Wanneer ze geen moeilijke woorden zijn tegengekomen, is het boek te makkelijk. Basisscholen en ook bibliotheken gebruiken de test vaak om leerlingen te helpen zelf te beoordelen of het boek dat zij kiezen aansluit bij hun leesvaardigheidsniveau.
Waarom wilde je weten of de vijfvingertest een effectieve strategie is?
“De vijfvingertest wordt al zo lang en vaak gebruikt, maar is het eigenlijk wel zo dat leerlingen daarmee beter een passend niveau van hun leesboek kunnen bepalen? De interpretatie van wat leerlingen moeilijk vinden, is namelijk best ingewikkeld. Het kan bijvoorbeeld liggen aan de voorkennis van een leerling, of een woord kan technisch lastig te lezen zijn. Als je weet dat leerlingen geïnteresseerd zijn in een bepaald onderwerp kun je ze best een moeilijk boek aanbieden, omdat ze dan gemotiveerd zijn om te leren.”
“En ja, ik daag mijn eigen studenten altijd uit om kritisch te zijn en te checken wat ze beweren, dus dat geldt ook voor mezelf! Gek genoeg kon ik nergens onderzoek of bronnen vinden over de effectiviteit van de vijfvingertest en daarom heb ik deze vraag aan de Kennisrotonde gesteld.”
Lees het hele interview op Kennisrotonde.nl
Heb je zelf ook een vraag die je graag met kennis uit wetenschappelijk onderzoek beantwoord ziet? Stel hem dan aan de Kennisrotonde.
Contact
Snel naar